Manon Beumer (39) uit Vlijmen is wekelijks drie dagen baliemedewerker bij het WMO-loket van de gemeente Heusden en werkt één dag als ervaringsdeskundige bij De Hoogstraat Revalidatie in Utrecht, op afdeling dwarslaesie. Sinds 2014 is Manon door een ongeluk vanaf haar oksels verlamd, maar mede dankzij hulphond Quin kan ze zich goed redden.

Manon weet als geen ander hoe het is om te revalideren met een dwarslaesie. “Revalidatieprocessen zijn verkort en dat betekent dat iemand na een ongeluk of ziekte sneller moet revalideren en sneller terugkomt in maatschappij. De zorg gaat omlaag en de eigen regie omhoog. Ik ben als een spin in ’t web voor mensen. Vanuit mijn ervaring kan ik meepraten en meedenken voor wat nodig is in de toekomst. Als mensen mij zien met een hulphond en vragen hoe ik dat heb gedaan, dan adviseer ik ze daar ook over.”
8 juni 2014
Manon neemt een duik in ondiep water en breekt haar nek. Ze was op dat moment net drie weken op Bonaire om daar in de horeca te gaan werken, wat ze daarvoor tien jaar lang in Zwitserland deed. Het ongeluk zet abrupt een streep door die plannen. “Ik werd wakker in het ziekenhuis en kreeg te horen dat ik een verlamming had. In het begin moest ik heel rustig blijven. In Colombia kreeg ik een noodoperatie aan mijn nek en mijn familie kwam over.”

Na zesenhalve week was Manon stabiel genoeg om naar Nederland te reizen. Daar werd ze nogmaals geopereerd en ging naar revalidatiecentrum De Hoogstraat. “Eerst dacht ik ‘het komt wel goed’, maar ik heb een hoge en complete dwarslaesie en die gaat nooit weg. In mijn rechterhand heb ik bijna geen kracht, links is het beter. Daar zijn we aan gaan werken tijdens mijn revalidatie. Ik leerde hoe ik met mijn lichaam terug in het leven kan, fysiek en maatschappelijk. De eerste twee jaar heb ik vooral aan mezelf gewerkt. Ik was erg moe en kon niet veel.”
Zelfstandig wonen
In 2015 kreeg ze een kaal opgeleverd nieuwbouwappartement. Ze liet de woning aanpassen en kreeg haar eerste ADL-hulphond. “Met de eerste hond klikte het helaas niet en toen heb ik kennisgemaakt met twee andere honden. De eerste was een jonge hond met speels gedrag. Ik ben daar even mee op pad geweest en toen zag ik haar. Een mooie, blonde, slanke hond. Heel lief en rustig. Quin legde haar hoofd op mijn schoot en ik was verkocht.” Als “tweedehandsje” had Quin al een baasje gehad. Ze was drieënhalf toen ze bij Manon kwam.
Ondanks de directe klik moesten ze wel een half jaar aan elkaar wennen. “Quin wilde me in het begin een beetje testen, dat hoort erbij. Het is een relatie die je met elkaar aangaat, net als bij mensen.” De relatie tussen de twee is nu heel goed. “Wij zijn een eenheid. Niemand kent mij zonder hond. Als mensen me alleen zien vraagt iedereen meteen waar mijn maatje is.” Op haar werk is Quin nooit een probleem geweest. Ze heeft haar twee banen dan ook gekregen met Quin.
Andere plannen

Hoewel Manon nog niet gesetteld was op Bonaire, had ze hele andere plannen dan wat ze nu doet. Terug in Nederland was dat even slikken. Inmiddels is ze er vrij nuchter onder. “Wat was, dat was. Dat kan ik niet meer veranderen. Nu is nu. Ik heb 34 jaar een hele mooie tijd gehad. Gedanst, gezongen, gewerkt en alles meegemaakt. Het mooiste is nu de zonnestraal die ik naast me heb. Ik wilde altijd een hond, maar dat kon niet met mijn fulltime horecabaan. Nu kan het wel en ze mag overal mee naartoe.”
Quin zorgt voor praktische hulp in en om huis: deuren openen, helpen met aan- en uitkleden en spullen oprapen. Manon: “60 procent is praktijkhulp en 40 procent is psychisch. Quin is geen therapiehond maar ze is alles voor me. Toen ik hier kwam wonen, zei ik tegen mijn moeder dat ik naar het asiel zou gaan als er geen hulphond zou komen. Het ging goed met me, maar ik voelde een depressie aankomen en een hond biedt structuur. Je móet naar buiten en er is altijd iemand die naar je kijkt. Ze maakt de weg vrij en zorgt dat ik makkelijk met mensen in gesprek kom. Ik ben mondig en praat wel, maar door Quin ben ik zelfverzekerder.”
Noodzaak en troost

Volgens Manon was het noodzaak dat ze Quin kreeg. “Een ongeluk krijgen is een, daar moet je mee dealen, maar je ben ook eenzaam met een beperking. Alleen jij hebt het, niemand anders. Je kunt dat uitleggen, maar een hond voelt je aan. Daar hoef je niet mee te praten. Het is troost die je krijgt. Quin is er altijd en draagt in alle facetten bij aan mijn leven.” Manon is altijd een doener geweest. “Het was altijd snel even dit, snel even dat. In hoofd ben ik nog steeds zo, maar fysiek kan dat niet meer. Soms ga ik wel door en door en door. Quin gaat dan voor mij staan en zorgt dat ik even ga liggen. Een hond is gewend aan een ritme en als je dat doorbreekt, is de structuur weg. Quin kent de structuur en weet wat goed voor me is.”
Soms lijkt het zelfs alsof Quin kan klokkijken. “Ze maakt me altijd op tijd wakker. Door haar heb ik moeten leren plannen. Ik had niet kunnen werken als zij er niet was. Ik ben ook rustiger geworden. Vroeger ging ik veel werken en veel feesten. Dat doe ik nu niet meer. Ik vind het heerlijk om een avond film te kijken. Is dat de leeftijd? Of ligt het aan de hond? Ik weet het niet. Ik weet wel dat mijn leven een zooitje zou zijn als Quin er niet was geweest.”

Dit artikel verscheen in Hulphond Magazine >